Direct naar artikelinhoud
HET EEUWIGE LEVENWim Winsemius (1945-2020)

Wim Winsemius (1945-2020) was getrouwd met de jazz en kon daar meeslepend over vertellen

Als wandelende encyclopedie kon hij overal over meepraten, maar jazz was voor Wim Winsemius bijna een patho­logische dwangneurose. Zondag 14 juni overleed hij op 75-jarige leeftijd.

Wim Winsemius

Hij werd de jazzprofessor genoemd. WW, zoals Wim Winsemius ook bekend stond, was een instituut in de Leidse jazzscène en ver daarbuiten. ‘Jazz was voor Wim een neurose, een dwangneurose, wellicht een pathologische dwangneurose. Jazz was zijn existentie, zijn muze. Jazz was zijn bruid’, beschreef zijn jazzvriend Frank Elkhuizen op de uitvaart zijn leven.

Winsemius was ook een wandelende encyclopedie met een eindeloos vermogen feiten en feitjes op te slaan en te reproduceren, zoals over de vlieg op de neus van saxofonist Wilton Felder tijdens zijn solo in het nummer One day I’ll fly away in 1963. In 1978 deed hij samen met Michiel de Ruyter mee aan de EBU Jazz Quizz Finale in Parijs.

Duizenden lps’s en dvd’s

Van zijn privéleven wist niemand iets, behalve dat hij in een appartement woonde in Leiderdorp. Dat stond bomvol met duizenden lps’s en dvd’s. Hier liep een kat tussendoor die hij na de dood van zijn moeder in 2010 had overgenomen. Hij had twee zussen, die woonden in Duitsland en Suriname.

Op zondag 14 juni zakte Winsemius in elkaar op de Stierenburg bij Leiderdorp nadat hij een bespreking had gehad met het team van Hot House Leiden, waarvan hij programmeur was. Een vrachtwagenchauffeur belde 112. Dezelfde dag overleed hij in het ziekenhuis.

Wim Winsemius had geen vrouw en kinderen noch een agenda met namen en telefoonnummers. Het duurde dagen voordat de politie familie van hem wist op te sporen. Zijn vrienden in de Leidse jazzscène bleven in het ongewisse. Toen hij niet meer kwam opdagen op vergaderingen en ook zijn telefoon niet meer opnam, gingen ze 30 juni op zoek. Hij was er tussenuit geknepen – heel stiekem – zoals zijn favoriete saxofonist Eric Dolphy zo mooi had beschreven: ‘When music is over, it’s gone in the air and you can never capture it again’.

Slagwerker Han Bennink zegt dat hij Wim ‘heel hoog had zitten’. ‘Een ontzettend verzorgde en liefdevolle jongen. Hij kwam naar alle concerten. In zijn uppie. En dan had hij enkele zeldzame cd’s mee die hij afgaf aan de bar met het verzoek ze in de pauze te draaien.’

Wim Winsemius werd geboren in Amsterdam. Zijn vader was arts en mede-oprichter van het Instituut voor Preventieve Geneeskunde in Leiden. Muziek was belangrijk. Bijna alle gezinsleden speelden een instrument.

Altijd het hoogste woord

‘Wim was een uitzondering. Die moest zich op een andere manier profileren’, zegt zijn zus Margo Winsemius. Hij volgde een hts-opleiding, waarna hij een baan vond in de telecomsector. Zijn kennis was heel breed. Elkhuizen: ‘Hoewel agnost wist hij veel te vertellen over wereldgodsdiensten, had hij goede kennis van wiskunde en filosofie en een brede kijk op kunst en cultuur. Wim had altijd het hoogste woord, interrumpeerde in pratende groepjes mensen en kwam met verrassende wendingen in het debat.’

In 1984 publiceerde hij samen met Peter van den Berg het boek Jazz – het blijft improviseren met interviews met jazzgrootheden die in Hot House hadden opgetreden. Hij zat ook in het comité van Leiden jazz award en schreef recensies voor het Leidsch Dagblad en Jazz Nu. Hij was vaste gast van de zogenoemde jazzdagen, waar hij met de duim steeds zijn bril omhoog duwend lezingen van anderhalf uur hield waarbij iedereen muisstil was.

Zijn zus Margo noemt hem een ‘bijzondere lieve en vriendelijke broer die nooit een kwaad woord over iemand sprak’. ‘Ik woon in Duitsland en heb nooit geweten dat hij in Nederland een zo belangrijke positie in de jazz had.’